Provisie voor vakantiegeld – Balansen op 31 december 2020
Zoals eind december reeds aangekondigd, heeft de Administratie der directe belastingen de volgende percentages goedgekeurd van de voorzieningen voor vakantiegeld die in de balansen op 31 december 2020 worden geboekt en die als beroepskosten kunnen worden aanvaard.
Die percentages zijn de volgende:
- 18,20% van de vaste en veranderlijke bezoldigingen die in 2020 zijn toegekend aan bedienden die het voordeel van de wetgeving betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers genieten, verminderd met het in artikel 62bis, van het Koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers bedoelde aanvullende vakantiegeld dat in 2020 is toegekend;
- 10,27% van 108/100 van de lonen die in 2020 zijn toegekend aan werklieden en leerlingen die het voordeel van dezelfde wetgeving genieten.
Wat betreft de gelijkstelling van de dagen werkonderbreking als gevolg van tijdelijke werkloosheid door overmacht in de jaarlijkse vakantieregeling voor loontrekkenden, herinnerde de Administratie aan de regels die van toepassing zijn en de opties die overwogen kunnen worden om rekening te kunnen houden met eventuele meerkosten. U kan de volledige samenvatting hier vinden.
Voor het overige willen wij er u nog aan herinneren dat het in 2020 aan flexi-jobwerknemers toegekende flexiloon en flexivakantiegeld niet in de berekeningsgrondslag van het in 2021 te betalen vakantiegeld mogen worden opgenomen daar de werkgever het flexivakantiegeld samen met het flexiloon moet uitbetalen.