Nieuwe sociale maatregelen op 1 januari 2022
Begin 2022 is een reeks nieuwe maatregelen voor de bedrijven in werking getreden. Hierna volgt een overzicht van de voornaamste.
Fonds Sluiting Ondernemingen
Op het Beheerscomité van het Fonds Sluiting Ondernemingen is op 16 december 2021 omtrent de bijdragevoeten voor 2022 een akkoord tussen het VBO en de vakbonden bereikt. De Nationale Arbeidsraad bevestigde die beslissing op 21 december 2021.
De bijdragetarieven voor de klassieke taken zijn verlaagd naar 0,07% (voor bedrijven met minder dan 20 werknemers) en naar 0,12% (voor bedrijven vanaf 20 werknemers). Die tarieven houden geen rekening met de loonmatiging van 0,01%.
De bijdrage voor tijdelijke werkloosheid werd zoals de traditie het wil vastgesteld op de evenwichtsbijdragevoet. Voor 2022 bedraagt die 0,09% (exclusief loonmatiging van 0,01%).
Deze bijdragevoeten moeten zoals steeds nog door de koning bevestigd worden. Vandaar het nodige voorbehoud tot publicatie van het koninklijk besluit in het Belgisch Staatsblad.
Plafonnering van de bijdrageverminderingen voor eerste aanwervingen
Dankzij het systeem van bijdrageverminderingen voor eerste aanwervingen, dat in werking trad op 1 januari 2016, kon de werkgever vrijgesteld worden van werkgeversbijdragen bij de aanwerving van zijn eerste werknemer gedurende de hele duurtijd van zijn tewerkstelling. Sinds 1 januari 2022 wordt die vermindering begrensd op 4000 euro per kwartaal.
Aanvangsleeftijd voor SWT
De aanvangsleeftijd voor SWT is vastgelegd op 60 jaar voor alle specifieke regelingen met uitzondering van bepaalde oudere mindervalide werknemers of oudere werknemers met ernstige fysieke problemen, in geval van ontslag (58 jaar). Voor de algemene regeling (cao 17) blijft de leeftijd vastgesteld op 62 jaar.
Volledig elektronische ecocheques
Sinds 1 januari 2022 mogen ecocheques enkel in elektronische vorm worden uitgegeven. De laatste papieren ecocheques, uitgegeven op ten laatste 31 december 2021, zijn geldig tot en met 31 december 2023. Daarna blijven enkel de elektronische ecocheques bestaan.
Sinds 1 januari 2022 mogen ecocheques worden gebruikt voor het aankopen van producten uit de korte keten met het label "En direct de la ferme" of “Recht van bij de boer” (zie apart artikel).
Overuren
In uitvoering van het sociaal akkoord van de sociale partners van 8 juni 2021, worden voor 2022 120 bijkomende vrijwillige overuren toegekend (tot en met 31 december 2022).
De toepassingsmodaliteiten zijn de volgende:
- geen recuperatie, geen overloontoeslag, geen meerekening voor de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur en voor de interne grens, vrijstelling van socialezekerheidsbijdragen en geen onderwerping aan de personenbelasting voor de werknemer.
Artikel 25 bis, § 2 van de Arbeidswet is ook toepasselijk op deze relance-uren, hetgeen impliceert dat het akkoord van de werknemer om deze relance-uren te presteren schriftelijk dient te worden vastgesteld voor een hernieuwbare periode van 6 maanden en dat dit akkoord uitdrukkelijk en voorafgaandelijk aan de betrokken periode dient te worden gesloten. Het moet dus duidelijk zijn dat de werknemer zijn akkoord heeft gegeven voor dit specifieke regime van de relance-uren (o.a. zonder overloontoeslag), en dat dit akkoord ook voorafgaandelijk aan het gebruik ervan wordt gegeven.
Fiscaal gunstregime van gedeeltelijke vrijstelling van BV voor 180 overuren
In uitvoering van het sociaal akkoord bereikt binnen de Groep van Tien op 8 juni 2021, werd het aantal fiscaal gunstige overuren, in toepassing van artikel 154bis en 275 WIB92, opgetrokken van 130 overuren naar 180 overuren voor alle sectoren, met retroactieve inwerkingtreding op 1 juli 2021 en dat tot 30 juni 2023. Voor 2022 zullen alle sectoren dus beschikken over 180 overuren die onder dat regime vallen.
Het gaat om de overuren (per jaar en per werknemer) waarvoor een overloontoeslag verschuldigd is en waarvoor een regeling bestaat die voorziet in een gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van de bedrijfsvoorheffing voor de werkgever en een vermindering van de bedrijfsvoorheffing voor de werknemer.
Nuttige bedragen voor de werkgevers
a. Loondrempels
Sinds 1 januari 2022 werden de loondrempels die zijn bepaald in de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten aangepast aan het algemene indexcijfer van de conventionele lonen voor bedienden (BS van 10 december 2021):
- de drempel van 36.201 euro die van toepassing is op het concurrentiebeding (laagste grens) en het scholingsbeding werd opgetrokken tot 36.785 euro;
- de drempel van 72.402 EUR die van toepassing is op het concurrentiebeding (hoogste grens) en scheidsrechterlijk beding werd opgetrokken tot 73.571 euro.
Voor het scholingsbeding is sinds 10 november 2018 de drempelvoorwaarde niet meer van toepassing in geval van een opleiding voor een beroep dat of een functie die voorkomt op de lijsten van knelpuntberoepen of moeilijk in te vullen functies (wet van 14 oktober 2018, BS, 31 oktober 2018). De plaats van tewerkstelling bepaalt welke gewestelijke lijst van toepassing is.
Ter herinnering: de bedragen van 2013 blijven nuttig voor het bepalen van ‘deel 1’ van de opzeggingstermijn die van toepassing is op bedienden aangeworven vóór 1 januari 2014:
b. Voor beslag of overdracht vatbare loonbedragen
Sinds 1 januari 2022 zien de voor beslag of overdracht vatbare loonbedragen er als volgt uit (KB van 17 december 2021 tot uitvoering van artikel 1409 §2 Ger.W. en bericht over de indexering van de bedragen voor kind ten laste van het KB van 27 december 2004, beide verschenen in het BS van 24 december 2021):
Het forfaitaire bedrag voor de verhoging voor kinderen ten laste is 73 euro.
c. Niet-recurrente voordelen (cao 90)
Het plafond wordt ieder jaar geïndexeerd op 1 januari. Voor de bonussen die in 2022 betaald worden, wordt het plafond vastgelegd op 3.558 euro (in plaats van 3.447 euro in 2021).
Het fiscale plafond wordt vastgesteld op 3.094 euro voor de betalingen die worden uitgevoerd in 2022.
Als de bonus die plafonds overschrijdt, wordt het excedentaire deel onderworpen aan de berekening van de gewone socialezekerheidsbijdragen en aan de belasting.
d. SWT-bedrag
Voor de nieuwe SWT’ers wordt het nieuwe loonplafond dat in aanmerking genomen moet worden voor de berekening van het nettoreferteloon vastgelegd op 4.359,59 euro per maand (na herwaardering en indexering).
De herwaarderingscoëfficiënt van 1,0026 (voor een volledig jaar) moet worden toegepast op het bedrag van de lopende aanvullende vergoedingen.
e. Pensioenen
De loongrens voor het loopbaanjaar 2021 werd verhoogd met 2,38% voor de pensioenen die ingaan vanaf 2022. Het wordt geschat op 62.684,50 euro (bron: Federale Pensioendienst).
Foto ©belga